Ik zag in een paar online en live casino’s een versie van Double Exposure blackjack in de lobby staan. Een goede gelegenheid om deze blackjack variant weer eens te spelen. Want de ‘double exposure’ optie (ook wel face up blackjack genoemd) geeft een andere dimensie aan het traditionele blackjack spel.
Basisregels gewoon blackjack en Double Exposure identiek
De basis van het spel is bij Double Exposure blackjack hetzelfde als bij gewoon blackjack:
- Je speelt blackjack als speler tegen het casino
- Zowel de speler als de dealer ontvangen twee kaarten. Doel van beide partijen is dichter dan de ander bij de 21 punten te komen. De Aas telt daarbij voor 1 of 11 punten, de plaatjes zijn 10 punten en de rest heeft zijn eigen waarde.
- Als je al niet direct bij aanvang 21 punten hebt (een natural blackjack), kun je daarna nog een of meer kaarten vragen (hit), of passen (stand). Als je onverhoopt met je kaarten boven de 21 punten uitkomt, ben je stuk (busted) en heb je verloren.
- Zodra je past, doorloopt de dealer hetzelfde proces. Zijn ‘hit’ of ‘stand’ keuzes zijn echter vastgelegd in strikte regels, daar mag hij zelf geen keuzes in maken:
“Dealer must stand on 17, and must draw to 16” (voorbeeld van een tekst op blackjack tafels over de dealerregels)
Naast bovenstaand hoofdspel zijn er nog mogelijkheden om tijdens het spel de inzet te verdubbelen (Double Down) of een hand met twee identieke kaarten te splitsen in twee handen (Split). Aan deze opties zij wel allerlei beperkingen of voorwaarden verbonden.
Het verschil tussen gewoon en Double Exposure blackjack
Waarin zit dan het verschil? Dat zit in de openingskaarten. Normaliter worden de twee spelerskaarten direct open gelegd, maar blijft een van de twee dealerkaarten gesloten op tafel liggen, de zogenaamde hole card. Dat betekent dat de speler bij het bepalen van zijn spelstrategie maar beperkte kennis heeft. Hij kent één dealerkaart, maar niet de tweede. Als de dealer een open Heer heeft liggen, maakt het natuurlijk nogal wat uit of de volgende kaart een 5 is of weer een plaatje. Kortom, met Double Exposure blackjack zijn je winkansen duidelijk groter dan bij regulier blackjack. Altijd kiezen dus voor deze blackjack variant, lijkt het devies.
Addertjes in het gras bij twee open dealerkaarten
Zo simpel is het echter niet. Ook de casino’s begrijpen natuurlijk dat een spel met veel betere winkansen en Return-To-Player de voorkeur krijgt boven het traditionele potje blackjack. Daarom zijn er wat aanpassingen gemaakt aan Double Exposure blackjack. Sommigen daarvan betreffen de spelregels zelf, maar ook de uitbetaling is minder gunstig:
- Behalve bij een natural blackjack wint het casino bij een tie. Dat is een belangrijk nadeel voor de speler. Normaal hou je als speler je inzet bij een gelijkspel. Omdat zo’n tie regelmatig voorkomt, is het ongunstig dat je bij Double Exposure blackjack in die gevallen je inzet kwijt bent.
- Ook behoorlijk nadelig is het dat een blackjack slechts 1:1 uitbetaald, exact evenveel als bij een normale verwinning. Bij standaard blackjack is dat 3:2, anderhalf keer je inzet. Een behoorlijk verschil, want als 1 op de 13 kaarten een Aas is en 4 van de 13 kaarten tien punten waard, loop je toch met enige regelmaat tegen zo’n blackjack aan.
- Het laatste verschil is dat een speler maar één keer mag splitsen. Gangbaar is bij blackjack dat je een gesplitste hand nogmaals mag splitsen als je weer een dubbele kaart hebt. Maar nu dus niet.
Dit zijn de meest voorkomende aanpassingen van de regels bij Double Exposure blackjack. Check ze vooraf altijd even bij het echte, online of live casino want er zijn nogal wat onderlinge verschillen. Overigens blijft Double Exposure blackjack ook met deze aanpassingen een spel met een aantrekkelijk laag casino huisvoordeel. Zeker een keer proberen dus als je van blackjack houdt.